Je moet gewoon twee soorten ingrediënten kennen voor compostering, koolstofrijke en stikstofrijke ingrediënten. Gebruik nooit vlees, vis of zuivelproducten als ingrediënten, want die trekken vliegen en dieren aan.
Om te slagen met compost, is de verhouding koolstof/stikstof belangrijker dan je je kunt voorstellen. |
Identificeer eerst jouw ingrediënten en sorteer ze in twee categorieën:
1. Koolstofrijke ingrediënten (Browns):
Maïsstengels, golfkarton, droge bladeren, gemengde papierproducten, krantenpapier, dennennaalden, zaagsel, stro, snoeiafval van houtachtige planten.
2. Stikstofrijke ingrediënten (Groenen):
Kippenmest, Koffiedik, Tuinplanten en onkruid, Hooi, Keukenresten (geen zuivel, vlees, vis...), Verrotte mest.
Voor afbrekende bacteriën levert koolstof energie terwijl stikstof hun cellen opbouwt. Als er te veel koolstofrijke bestanddelen zijn, hebben de bacteriën genoeg energie, maar hun reproductie is laag, omdat bacteriën hun cellen niet kunnen ontwikkelen zonder stikstof. Hun populatie is dus beperkt en de afbraaksnelheid vertraagt.
Als je echter te veel stikstofrijke ingrediënten hebt, krijgt de hoop een onaangename geur omdat de bacteriën niet genoeg energie hebben om de stikstof te verwerken, overtollige stikstof gaat verloren aan de atmosfeer als stinkend ammoniakgas. Composteren gaat nog steeds langzaam.
De theoretische verhouding voor de koolstof houdende en stikstofhoudende materialen moet in de buurt van 30:1 liggen, wat betekent dat je voor elke 30 kg koolstof houdend materiaal 1 kg stikstofhoudend materiaal moet mengen. Laat je echter niet in de war brengen door de precieze hoeveelheid koolstof- en stikstofbestanddelen.
Een praktische verhouding als je de twee ingrediënten mengt is:
0 Reacties